Iedereen doet iets tegenwoordig. Zo van ’Ik doe wat ik zeg en ik zeg wat ik doe’. We bewijzen onze beloften en dat zenden we vervolgens uit. Stegeman worst gaat (om voor mij onduidelijke redenen) met groot materieel de straat op en Lily bedanken dat ze altijd alles doet voor iedereen. Het bloemenbureau kondigt groots aan ’stiekem’ bloemen uit een drone te werpen.
Doen is het helemaal in 2015. Het is bovendien de ideale cover-up voor wie een slecht verhaal heeft. De kastuinbouw is een van de grootste vervuilers van Nederland. De vleesindustrie…Stop, hou op. Ook als je eigenlijk iets anders zou moeten doen waar je steeds maar niet aan toekomt, vormt iets doen een uitkomst. Denk aan ASR: “a.s.r. wil mensen helpen, door te doen”. Dus ze doen iets met Blijdorp en geven een miljoen aan kankeronderzoek! Wow dat is echt superbijzonder. En tegelijk vergeet iedereen dat ASR nog even iets moest doen met die 600.000 Nederlanders die ze ieder nog gemiddeld 12.000 euro verschuldigd zijn vanwege hun woekerpolissen. Dat is 7,2 miljard. Die miljoen voor – ik bedoel tegen – kanker verdienen ze als wanbetaler in een klein dagdeel aan rente (zelfs als het op een Triodos spaarrekening staat).
Ik kan het iedereen aanraden: doe iets! Vooral GAMMA, want GAMMA is van oudsher de doe-er achter de doe-ers. Een echte doehutzelver ken niet zonder de GAMMA. Dat zeg ik…
Goeie! Dacht het bureau van GAMMA. Wij herintroduceren (dat is de reclame term voor reproduceren) die regel. Nou ja, dat laatste stukje dan. Dat ZEG ik. Dat middelste woordje drukken we extra groot. Daar draait het om. Huh?
Hij gaat ongeveer zo:
We zien een jonge meneer met een capuchonvest in de GAMMA. Hij selecteert kleuren, daar is hij vrij precies in. Dus niet zomaar blauw of geel van de plank, nee hij laat zich adviseren en komt dan tot het ideale palet. Dat laat hij mengen in betonverf. Hij checkt nog even of het wel precies de kleur is geworden die hij zocht. En dan staan we ineens met hem op de afsluitdijk. Als een klein kind roept hij “papa, kijk!” en wijst naar het fietspad. Zijn vader komt eraan en flikkert bijna van zijn fiets omdat zijn zoon het fietspad heeft volgesmeerd met ’aanmoedigingen’ als: “Kom op PA” “Nog 57 kilometer”.
Tussendoor leest de voiceover de uitgeschreven tekst voor:
“dat COMBINEER ik. dat ZOCHT ik. dat ONTDEK ik. dat WIL ik. dat BEWONDER ik. ook de n.r 1 in verf. dat ZEG ik. GAMMA.”
Wie zegt die zinnen? De zoon niet. Is het GAMMA zelf? Of is het GAMMA die woorden in de mond van de zoon legt (wij van GAMMA denken dat hij nu dit denkt…)? Wat allemaal vaag is, maar op zich prima. Behalve dat als GAMMA of het alter ego ’de zoon’ dit denken, het een wonderlijke woordkeuze is. Van alle werkwoorden die de Nederlanse taal rijk is hebben ze werkelijk allemaal passieve varianten gekozen. Combineren, zoeken, ontdekken, willen, bewonderen: het draait steeds om een extern, bestaand iets waar GAMMA zich toe verhoudt op een passieve manier. Je kunt ook iets aanpakken, maken of – ja sorry hoor – DOEN.
De enige enigszins doe-het-zelver in deze film is die fietsende vader. Maar die fietst meteen weer uit beeld. Het gaat om die infantiele zoon. In de ideale GAMMA klant ziet GAMMA iemand die mensen langs de zijlijn helpt een beetje met de eer te strijken: “Papa, kijk! heb ik voor jou gemaakt. omdat ik zo trots bent op WAT JIJ DOET. Ik hoefde toch niet te werken vandaag. Ik had toch NIETS TE DOEN. Dus ik kalk zonder vergunning dit rijksmonument onder met krasvaste duurzame (in de zin van krijg je er nooit meer af) betonverf.”
Het is wel gewaagd. GAMMA, de grootste doe-het-zelver van Nederland, doet gewoon helemaal niets meer. Tegen alle trends in. Ze steunen de mensen die anderen steunen die iets doen. Serve the servants. Dat ZEG ik.
Ik wacht rustig de tweede TVC af (het is een setje). Die zal vast zo gaan van ’Geen zorgen. Met de afsluitdijk is alles goed.’
Deze column verscheen op Adformatie.nl, vrijdag 13 februari 2015